Twee jaar na zijn indrukwekkende tweede plaats in de
Amstel Gold Race heeft
Ben Healy in 2025 zijn huzarenstukje niet kunnen herhalen. Ondanks een karakteristiek aanvallende koersstijl moest de Ier van EF Education-EasyPost ditmaal genoegen nemen met een tiende plaats in Valkenburg.
In 2023 was het nog Healy die in een heroïsche slotfase op de hielen werd gezeten door Tadej Pogačar, en nipt tweede werd. Dit jaar wist Pogačar opnieuw te demarreren, maar werd tot ieders verbazing teruggehaald door Mattias Skjelmose en Remco Evenepoel – die uiteindelijk eerste en tweede eindigden. Healy bevond zich in de achtervolgende groep, maar miste het moment waarop de beslissende slag viel.
“Ik heb gemengde gevoelens over vandaag,” gaf de voormalig Iers kampioen toe op de ploegsite. “Ik denk dat ik goed reed en dat ik de benen had, maar het is een tactische koers, en misschien miste ik op bepaalde momenten net dat beetje scherpte. Maar dat maakt deze wedstrijd ook zo mooi.”
Toch houdt Healy de moed erin. “Ik ga met een positieve mindset naar de volgende koersen. De vorm is er – dat weet ik zeker.”
Ook
Neilson Powless, ploeggenoot van Healy en winnaar van Dwars door Vlaanderen eerder dit voorjaar, maakte indruk. De Amerikaan eindigde als dertiende, slechts 15 seconden na Healy. Ook hij zat dicht bij de voorposten, maar kon net niet meeschuiven met de elites van de dag.
“Ben en ik probeerden het een tijd samen, we vochten echt om mee te blijven doen voor het podium,” aldus Powless. “Maar toen Evenepoel versnelde, werd ik verrast. Ik zat al op mijn limiet, en kreeg kramp. Gelukkig kon ik steeds terugkeren, vooral omdat de klimmen hier kort zijn. Zo probeerde ik Ben nog te helpen.”
De aanval die Healy inzette in de laatste 10 kilometer leek even veelbelovend, maar vond weinig bijval. “Hij kreeg niemand echt mee,” legt Powless uit. “Iedereen weet dat Ben supersterk is, zeker op de Cauberg, dus ze durfden hem niet te laten rijden. Begrijpelijk, maar jammer.”
Powless sluit af met vertrouwen: “Ik voelde me goed, ondanks de kramp. Nu richten we ons op de rest van de Ardennen – er komen nog mooie kansen.”