De fusie tussen
Lotto-Dstny en Intermarché–Wanty lijkt een van de grootste veranderingen in het WorldTour-peloton voor 2026 te worden. De nieuwe ploeg, die onder een WorldTour-licentie zal rijden, moet het beste van twee Belgische teams samenbrengen. Maar volgens CPA-voorzitter
Adam Hansen dreigt de samensmelting voor veel renners uit te draaien op een nachtmerrie.
De Australiër ziet een structureel probleem: samen tellen beide ploegen 43 renners, terwijl een WorldTour-team maximaal 30 contracten mag hebben. “Vanuit ploegperspectief is dat natuurlijk ideaal,” legt Hansen uit in gesprek met Sporza. “Ze kunnen gewoon kiezen wie ze houden en wie niet. Maar voor de renners is het een oneerlijke situatie. Ze zitten vast aan hun contract en kunnen niet zelf beslissen. Ze moeten gewoon afwachten.”
Onzekerheid en gebrekkige communicatie
Volgens Hansen zorgt die onduidelijkheid voor veel onrust in het peloton. “Zelfs renners die dachten zeker te blijven, komen naar mij met vragen. Dat zegt veel over hoe slecht de communicatie tussen ploegleiding en renners verloopt,” aldus de CPA-voorzitter.
De fusieploeg – waarin onder meer kopmannen Biniam Girmay en Arnaud De Lie centraal staan – lijkt intern nog lang niet klaar met de selectie. Hansen geeft aan dat zelfs renners die al bijna een nieuwe ploeg hadden gevonden, alsnog werden tegengehouden. “Ik ken iemand die op de afvallijst stond en al een nieuwe ploeg had, maar Lotto–Intermarché liet hem niet gaan, omdat ze nog twijfelden. Dat toont aan dat niet alles eerlijk gecommuniceerd is met de UCI en met ons,” zegt Hansen. “De ploegen kunnen beslissen of ze iemand willen houden, maar de renner kan niet beslissen of hij weg wil. Dat is wat ik bedoel met ‘gegijzeld’.”
“De wet speelt in het voordeel van de ploegen”
Volgens Hansen speelt ook de Belgische arbeidswetgeving een rol. “De wet laat toe dat teams tot 31 december kunnen wachten om renners te informeren over hun toekomst,” legt hij uit. “Als een renner in juli of augustus hoort dat hij weg moet, heeft hij nog tijd om iets te vinden. Maar als hij dat pas in oktober of november te horen krijgt, is het seizoen voorbij en zijn alle ploegen vol. Dat is gewoon niet eerlijk.”
Hansen roept de UCI en nationale bonden op om regels te hervormen, zodat renners eerder duidelijkheid krijgen bij fusies of ploegsluitingen. “We moeten dit soort situaties vermijden,” besluit hij. “Niemand wint erbij als renners in december nog niet weten waar ze volgend jaar rijden.”