Eddy Merckx, de onbetwiste ‘Kannibaal’ van het wielrennen, stelde gedurende zijn carrière keer op keer zijn grenzen op de proef. Eén van zijn meest memorabele prestaties buiten de weg was het vestigen van het Uurrecord in oktober 1972, met een afstand van 49,431 kilometer. Nu spoort de legende van weleer de sterren van het moderne peloton aan om hem daarin te evenaren — of zelfs te overtreffen.
“Mijn carrière zou niet compleet zijn zonder dat record”, vertelt Merckx in een openhartig interview met Le Soir. “Eind 1972 voelde ik me moe en verre van topvorm, maar na drie weken intensieve voorbereiding in Italië was ik klaar voor de uitdaging. We reisden naar Mexico, en het liep uiteindelijk perfect. Maar het was een helse beproeving. Na die inspanning kon ik bijna een week niet lopen.”
Sinds Merckx gingen diverse iconen uit de wielersport de uitdaging aan om het uurrecord te verbeteren. Namen als Jacques Anquetil, Miguel Indurain, Sir Bradley Wiggins en de huidige recordhouder Filippo Ganna, die een afstand van 56,792 kilometer vestigde, zijn onlosmakelijk verbonden met deze heroïsche poging.
Filippo Ganna is de huidige Uurrecordhouder
Merckx ziet nu twee kopstukken uit het huidige peloton als ideale kandidaten om het uurrecord opnieuw te proberen:
Tadej Pogacar en
Remco Evenepoel. “De Sloveen is de beste en meest veelzijdige renner van dit moment,” zegt Merckx. “Maar Remco heeft een ongelooflijke aerodynamica. Het zou fantastisch zijn als ze deze uitdaging aangaan.”
Toch is het volgens de Belg Evenepoel die het meeste in huis heeft om daadwerkelijk de sprong te wagen. “Met Pogacar is het een heel ander soort wielrennen. Sinds ik hem in 2017 voor het eerst ontmoette, hebben we het nooit over baanwielrennen gehad. Nooit. Het is nooit ter sprake gekomen, noch van zijn kant, noch van de mijne, en ook niet vanuit het team,” besluit Merckx.