De enige vier die Tadej Pogacar kunnen stoppen in Luik-Bastenaken-Luik?

Het vierde monument van het wielerseizoen en het eerste van het kalenderjaar staat zondag 27 april op het programma: Luik-Bastenaken-Luik. Tadej Pogacar geldt daarbij als de uitgesproken favoriet om te zegevieren en de gelijke stand met Mathieu van der Poel in het aantal monumentoverwinningen te doorbreken.

Nu Van der Poel opnieuw heeft besloten om verstek te laten gaan. Onbegrijpelijk, want dit parcours ligt hem zonder twijfel. We richten onze blik op de renners die Pogacar eventueel zouden kunnen bedreigen, mocht het koersverloop anders uitpakken dan de Sloveen (en zijn ploeg UAE Team Emirates) voor ogen hebben. We schuiven vier kanshebbers naar voren, elk met hun eigen reden om serieus genomen te worden: Remco Evenepoel, Tom Pidcock, Mattias Skjelmose en Kevin Vauquelin.

Na zijn tegenvallende optreden in de Waalse Pijl lijkt het grootste gevaar voor Tadej Pogacar deze zondag uitgerekend te komen van Remco Evenepoel. In de Amstel Gold Race afgelopen weekend bewees de Belg dat hij misschien wel de enige renner van het huidige peloton is die in staat is om het moordende tempo van Pogacar te volgen in een uitputtingsslag van een klassieker. Meer nog: hij slaagde erin om de Sloveen bij te halen, iets wat vrijwel onmogelijk leek. Weliswaar had hij daarvoor beduidend meer hulp nodig dan Skjelmose, maar het blijft een indrukwekkende prestatie.

Als Pogacar, zoals verwacht, vroeg de aanval kiest, lijkt Evenepoel de renner met de grootste kans om hem te volgen. Het probleem? In een sprint, zeker na een zware koers, is Pogacar doorgaans sneller. Wil Remco hem verslaan, dan zal hij zuinig moeten rijden: energie sparen, niet te vaak op kop sleuren, en zijn explosiviteit bewaren voor het ultieme moment.

Natuurlijk mag in dit overzicht ook de laatste renner niet ontbreken die erin slaagde Tadej Pogacar daadwerkelijk het nakijken te geven. In de Amstel Gold Race leverde Mattias Skjelmose een meesterlijke prestatie. Samen met Remco Evenepoel joeg hij op de Sloveen en had hij aan de finish nog genoeg over om hen beiden te kloppen. Indrukwekkend, temeer omdat hij onderweg zuinig reed en zijn moment perfect koos.

Skjelmose beschikt over voldoende klimvermogen om zich in het gezelschap van de besten te handhaven. De grote vraag is of hij ook overeind blijft wanneer Pogacar de gashendel volledig opendraait op de zware hellingen van een loodzware koers als Luik-Bastenaken-Luik. Een andere vraag is hoe hij fysiek hersteld is na zijn val in de Waalse Pijl. Volgens zijn ploeg Lidl–Trek zijn er geen gevolgen, maar dat zal pas echt blijken wanneer het zondag menens wordt.

De Strade Bianche blijft voorlopig zijn sterkste prestatie van het seizoen. Daar werd Tom Pidcock knap tweede, al kon hij Pogacar toen niet van zich afhouden. Sindsdien lijkt de Brit gestaag naar topvorm toe te groeien richting de Ardennenklassiekers.

Zijn resultaten spreken boekdelen: elfde in de Brabantse Pijl, negende in de Amstel Gold Race en een fraaie derde plaats in de Waalse Pijl. Het is een duidelijke opwaartse lijn die erop wijst dat hij met goede benen aan de start verschijnt van wat zijn grote doel is: Luik-Bastenaken-Luik.

Met zijn tweede plaats in de Waalse Pijl dwong Kevin Vauquelin zichzelf nadrukkelijk in de kijker, en daarmee ook in dit lijstje. De renner van Arkéa–B&B Hotels is uitstekend op de zwaardere beklimmingen en beschikt bovendien over een aardige sprint, wat hem gevaarlijk maakt in een scenario waarin de koers openbreekt en een ontsnapping standhoudt.

Het is uiteraard lastig voor te stellen dat hij één van de weinigen zou zijn die een allesverwoestende aanval van Pogacar op een van de zware hellingen kan neutraliseren. Maar zijn vorm is uitstekend en in een koers als Luik, waar het onverwachte vaak gebeurt, kan hij zomaar profiteren van het juiste moment.