Chris Froome is met met vier Tour de France-overwinningen en drie andere Grote Rondes op zijn naam een legende in de wielersport. Zijn indrukwekkende klimprestaties uit die tijd zouden echter in het huidige peloton niet hetzelfde resultaat opleveren. Hij bespreekt de veranderingen in snelheid en de invloed van renners zoals Tadej Pogacar.
Toen hem de lastige vraag werd gesteld of hij Tadej Pogacar zou verslaan als ze beiden tegelijk zouden koersen antwoordde de Brit: "Het is zo moeilijk om te zeggen, want er is duidelijk zoveel veranderd in de sport, zelfs in de afgelopen vijf jaar", aldus Froome in een interview met Gazzetta dello Sport.
In pure cijfers is Pogacar op dit moment een stuk beter dan Froome, die acht jaar geleden zijn laatste Tour won. Destijds stond Froome bovenaan de ranglijst, maar de sport is sindsdien enorm geëvolueerd op het gebied van training, voeding en aerodynamica. Renners die hun niveau vasthielden tot de jaren 2020 verloren daardoor hun voorsprong, ondanks dat ze nog steeds even sterk waren.
Froome maakt dit duidelijk met een simpel maar krachtig voorbeeld: "We zien nu klimtijden die veel sneller zijn dan vijf jaar geleden. Ik denk dat mijn winnende tijden op veel beklimmingen, toen ik misschien alleen reed of met één of twee anderen op een berg, nu door 20 of 30 renners in hetzelfde tempo worden gereden." Met andere woorden, elke renner in de top 10 van de Tour de France 2024, op basis van hun klimtijden, zou 10 jaar geleden waarschijnlijk in staat zijn geweest om de Tour te winnen.
"Alles is sneller geworden, zowel de motoren als het materiaal. We zien tijden die de records van 20, 30 jaar geleden breken dus het is echt moeilijk te zeggen", vertelt hij. De vooruitgang is een gamechanger, en voor Froome, die in 2019 een zware blessure opliep, was het al een enorme uitdaging om terug te keren. De veteraan zal aan het einde van dit seizoen met pensioen gaan en hoopt zijn carrière af te sluiten met een deelname aan de Vuelta a Espana.
Het huidige peloton wordt niet alleen gekarakteriseerd door ongelooflijke prestaties die tien jaar geleden nog ondenkbaar waren, maar ook door de veelzijdigheid van de renners aan de top. Tadej Pogacar is bijvoorbeeld een renner zonder zwakheden, die in vrijwel elk aspect van het profwielrennen lijkt te excelleren en verschillende soorten wedstrijden wint.
Froome erkent dat dit zelfs op zijn hoogtepunt voor hem ondenkbaar was: "Vooral als je kijkt naar de manier waarop Pogi de klassiekers rijdt – we hebben het niet alleen over de Grote Rondes – hij doet echt iets heel unieks, iets fenomenaals, iets wat ik mezelf nooit had kunnen voorstellen in de sport."