Het 18-jarige toptalent
Léo Bisiaux werd wereldkampioen bij de junioren in Hoogerheide, maar kon nooit zijn regenboogtrui laten zien. Dit stoort de Fransman echter niet, want zijn doelen zijn veel groter dan dat, vertelt hij aan WielerFlits.
"Het is vooral de langere duur van de U23-crossen, vergeleken met die voor de junioren, die me stoorde", zegt Bisiaux. "In het laatste kwartier voelde ik vaak het licht uitgaan. Ik vind het niet onlogisch dat ik een aanpassingsperiode nodig had. Week na week voel ik mezelf sterker worden en krijg ik de kracht om door te zetten tot het einde. Precies op tijd, met de kampioenschappen in het vooruitzicht. Ik voel me daar nu al meer dan klaar voor."
"Persoonlijk geloof ik heel sterk dat veldrijden je kan helpen om een betere wegrenner te worden," zegt Bisiaux. "Ik ben een klimmer. Van nature heb ik moeite met korte klimmetjes en snelle aanvallen bergop. De cross helpt me om mijn explosiviteit aan te scherpen en maakt me dus een betere klimmer. Ik woon in het Centraal Massief en train bijna elke dag in de bergen. Ik wil me daarop blijven richten, net als Pidcock. Ik sta misschien wel het dichtst bij hem."
"Ik kon al een mooi zomerprogramma afwerken met de U19-ploeg van AG2R Citroën. Maar eigenlijk begint het nu pas met hun U23-team. De Baby Giro,
Tour de l'Avenir en het WK U23 zullen grote doelen zijn en dan zullen we een beter beeld hebben van waar ik sta op internationaal niveau. Pas dan durf ik na te denken over een profcontract. En in de cross? Alleen het WK telt, maar dan zal ik moeten doorgroeien. Direct daarna neem ik weer rust en ga ik weer verder op de weg."