"Ze zijn zo dun... Ik word bijna bang als ik ze zie lopen" - Adrie van der Poel vreest dat de voeding in het wielrennen veel te ver is doorgeschoten

Vader van Mathieu van der Poel en zelf een succesvolle ex-prof Adrie van der Poel vindt dat de moderne wielrenner veel te scherp (en dun) is en dat de gezondheid stilaan een probleem wordt. Hij besprak dit gevoelige onderwerp met ex-prof Nathan Van Hooydonck in De Avondetappe.

Adrie van der Poel begint met een vergelijking met de vrouwelijke kant van de sport. "Vroeger hadden bijna alle vrouwelijke wielrensters anorexia en als ik naar de wielrensters van nu kijk, word ik bijna bang als ik ze zie lopen. Ze zijn al zo dun en al het eten moet worden afgewogen. Ik ben blij dat Mathieu af en toe een vette hamburger eet en dat hij zich niets aantrekt van die voedingsapp. Als ik naar de Tour kijk, zie ik wielrenners van 1.80 meter met een gewicht van 60 kilo. Dat is echt niet gezond."

Van Hooydonck, die eerder drie jaar bij Jumbo-Visma werkte - een team dat bekend staat om zijn geavanceerde voedingsaanpak - countert: "Mathieu kan een hamburger gaan eten omdat hij uitzonderlijk getalenteerd is. Als andere renners dat doen, doen ze niet meer mee om te winnen. Je koerst toch om te winnen en om het beste uit jezelf te halen?"

Voor Van der Poel is voeding slechts één aspect van het hele verhaal. Hij is van mening dat het wielrennen zich de afgelopen tien jaar veel te snel heeft ontwikkeld en dat het allemaal draait om pogingen om zelfs maar marginale voordelen te vinden (zoals de Lazor 'buitenaardse' helmen die door Visma | Lease a Bike werden geïntroduceerd). "Het is niet alleen voeding, maar ook de hoogtestage (...). Er is in korte tijd veel veranderd in de wielersport."