Er groeit een gevoel dat Wout van Aert in 2025 echt iets te bewijzen heeft. Na een door blessures geplaagd 2024 en een sterk ingekorte veldritwinter moet de Belg laten zien dat hij nog steeds in staat is om de grootste koersen ter wereld te winnen, aldus wielerlegende Johan Museeuw.
"Ik heb het gevoel dat het voor Van Aert nu of nooit is. Hij is dertig jaar en de jaren beginnen te tellen," waarschuwt de inmiddels 59-jarige Vlaamse klassiekerspecialist in een gesprek met Wieler Revue. Museeuw roept zijn landgenoot op om er alles aan te doen om het maximale uit zijn resterende topjaren te halen. "Van Aert heeft al veel meegemaakt in zijn carrière, maar we moeten concluderen dat er nog steeds maar één monument op zijn palmares staat. Al wil ik er meteen aan toevoegen dat hij veel andere mooie koersen heeft gewonnen. Wielrennen is meer dan de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix."
Museeuw zelf won de Ronde van Vlaanderen drie keer (1992, 1995, 1998) en ook Parijs-Roubaix drie keer (1996, 2000, 2002). Daarnaast boekte hij twee etappezeges in de Tour de France en werd hij in 1996 wereldkampioen op de weg. In vergelijking met Van Aert lijkt Museeuws moderne evenknie in het peloton eerder Mathieu van der Poel, en de Belg is dan ook vol lof over de Nederlandse ster.
"Natuurlijk is het WK veldrijden geen wegkoers, maar het is zeker een referentie voor zijn topvorm," analyseert Museeuw over Van der Poel. "Als we het over Mathieu van der Poel hebben, dan gaat het altijd over records. Nu evenaarde hij het record van Eric De Vlaeminck, binnenkort praten we weer over het record in de Ronde van Vlaanderen. Het publiek en de media refereren daar graag aan, maar ik denk niet dat Mathieu daar echt mee bezig is."