Als er deze dagen één renner is die
Tadej Pogacar kan uitdagen in de heuvelachtige en bergachtige eendagswedstrijden, dan is het
Remco Evenepoel. De 25-jarige Belg, die volgend seizoen de kleuren van Red Bull - BORA - hansgrohe verdedigt, heeft nog groeimarge – en binnen zijn nieuwe ploeg leeft de ambitie om het niveau van de wereldkampioen te benaderen.
“De samenwerking met Remco begint officieel pas over enkele weken, maar achter de schermen zijn we al volop bezig,” vertelt
Sven Vanthourenhout aan Het Laatste Nieuws. “Er wordt veel gepraat, ideeën worden uitgewisseld. We bouwen stap voor stap aan het project.”
Een ploeg in functie van Evenepoel
De Duitse formatie onderging de voorbije maanden een ware metamorfose om Evenepoel binnen te halen. Niet alleen zijn vertrouwensman Mattia Cattaneo maakt de overstap van Soudal - Quick-Step, ook Vanthourenhout zelf – de coach die hem begeleidde naar zijn dubbele olympische titel – vervoegt het team, samen met enkele andere leden uit zijn voormalige omkadering.
Met de versterkte ploegstructuur krijgt Evenepoel meer ondersteuning in de bergen, een gebied waarin hij tot nog toe minder marge had. Dat opent de deur naar verdere progressie in de grote rondes, al blijven zijn exacte doelen voor 2026 nog onduidelijk. Wat vaststaat: de Belg wil dit seizoen in schoonheid afsluiten én met vertrouwen richting zijn nieuwe hoofdstuk trekken.
De vergelijking met Pogacar is onvermijdelijk. De Sloveen domineert zowel in de klassiekers als in de rondes, en zijn vermogen om lange, explosieve versnellingen vol te houden, blijft uniek. “Pogacar kan zo’n versnelling minutenlang doorduwen – twintig, dertig, soms veertig watt meer dan de rest – en daarna gewoon terugvallen op een ‘normaal’ tempo,” legt Vanthourenhout uit.
Voor Evenepoel ligt de sleutel dus in het verlengen van zijn piekinspanningen. “Hij moet zijn kracht over langere periodes kunnen aanhouden,” zegt Vanthourenhout. “Hij is al sterk op korte klimmetjes, maar daar ligt nog het verschil met Pogacar. Dat is de volgende stap.”
Nog niet aan zijn plafond
Volgens Vanthourenhout is het verschil tussen de twee niet onoverbrugbaar. “Pogacar is een natuurtalent – sommige van zijn kwaliteiten zijn simpelweg aangeboren. Maar ik ben ervan overtuigd dat Remco nog niet aan het einde van zijn ontwikkeling zit. Door de juiste mix van training, voeding en prestatiebegeleiding kan hij dichter komen.”
Gerichte intervaltrainingen zullen daarbij een sleutelrol spelen, al waarschuwt Vanthourenhout voor overfocus. “Je kunt niet enkel trainen op die superintensieve inspanningen,” zegt hij. “De basisconditie blijft cruciaal. Het gaat om balans tussen de drie motoren: uithouding, explosiviteit en herstel.”
Toch houdt de coach de verwachtingen nuchter. “Remco zal niet plots vijftien procent beter worden,” erkent hij. “Maar ik geloof echt dat hij de gelijke van Pogacar kan worden in de eendagskoersen. In de grote rondes ligt het anders – daar is Pogacar momenteel gewoon op een ander niveau, qua klimmen, tijdrijden en consistentie.”
De ambitie is duidelijk: Evenepoel hoeft Pogacar niet te worden, maar wil hem kunnen verslaan op zijn beste dagen. En dat alleen al maakt het duel tussen de twee een van de meest intrigerende verhaallijnen van het moderne wielrennen.