Tom Pidcock strijdlustig maar niet opgewassen tegen Pogacar in Luik: "Ik had goede benen, maar kon niet meer"

Tom Pidcock beleeft tot dusver een indrukwekkend seizoen 2025, sinds zijn overstap naar Q36.5 Pro Cycling Team. De Brit is een van de weinige renners die erin slaagde Tadej Pogacar partij te bieden, zoals eerder dit voorjaar in Strade Bianche. In Luik-Bastenaken-Luik echter, moest ook Pidcock zijn meerdere erkennen in de Sloveense wereldkampioen, en brak hij op de flanken van de Côte de la Redoute.

In gesprek met CyclingPro.net gaf Pidcock een eerlijke analyse van zijn koers: "Pogacar ging zo vroeg. Normaal gesproken wordt er onderaan de klim aangezet, daarna wordt het wat rustiger en volgt de echte aanval pas later", vertelde hij. De vroege demarrage van Pogacar verstoorde het gebruikelijke ritme op La Redoute, en Pidcock moest passen. De Brit besloot in het peloton te blijven, waar even later Giulio Ciccone een aanval plaatste die Pidcock nog wist te volgen, waardoor een eerste achtervolgende groep ontstond.

De finale bleek slopend. Ondanks de gezamenlijke inspanningen van de achtervolgers, liep Pogacar alleen maar verder uit. Pidcock reed lange tijd tegen zijn limiet aan en moest uiteindelijk lossen op Roche-aux-Faucons. "In het begin voelde ik me super in de achtervolgende groep, maar ik gaf mezelf niet genoeg tijd om te herstellen", gaf hij toe.

Uiteindelijk zag Pidcock Ciccone en Ben Healy, die samen met Pogacar het podium zouden vormen, wegrijden. "Ik ben teleurgesteld. Ik had goede benen, maar ik kon gewoon niet meer", aldus de Brit.

Toch toonde Pidcock zijn veerkracht. Na teruggegrepen te zijn door het peloton, sprintte hij nog naar een verdienstelijke negende plaats – een knappe prestatie in een loodzware editie van Luik-Bastenaken-Luik. Ter vergelijking: Julian Alaphilippe, die eveneens moest lossen, eindigde pas buiten de top vijftig na last van krampen. Pidcock richt zich nu op een korte herstelperiode, alvorens hij aan zijn volgende grote uitdaging begint: de Giro d’Italia.