Na een indrukwekkende derde plaats tijdens zijn debuut in de Tour de France 2024, hoopte Remco Evenepoel de winter te gebruiken als springplank richting 2025. Helaas gooide een trainingsongeluk in België roet in het eten.
Tijdens een trainingsrit in zijn thuisland werd Evenepoel verrast door een openzwaaiende deur van een BPost-busje. Hij brak meerdere botten en liep een ontwricht sleutelbeen en gekneusde longen op. Volgens de Nederlandse bewegingswetenschapper Jim van den Berg kan dit incident, ondanks dat het in het tussenseizoen plaatsvond, grote gevolgen hebben voor Evenepoels poging om het gat naar Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard te dichten.
"Evenepoel is nog maar 24 jaar, dan zit je in de fase in je carrière waarin je nog stappen vooruit wil zetten", legt Van den Berg uit aan Het Nieuwsblad. "Het is de periode om een nieuwe stap vooruit te zetten in je ontwikkeling. Je moet geen bewegingswetenschapper zijn om te weten dat het zowat onmogelijk gaat zijn voor Evenepoel om die stap te zetten."
Hij benadrukt dat, ondanks het uitstekende seizoen van de Belg in 2024, verdere progressie cruciaal is: "Hoe exceptioneel goed zijn seizoen ook was, als je kijkt naar wat er gebeurde in de Tour, is het wel nodig om een stap vooruit te zetten. Omdat hij te maken heeft met misschien wel de allerbeste renner aller tijden."
"Elk seizoen, elke grote ronde, iedere trainingsopbouw stapel je op en daardoor word je beter en beter. Daardoor is een Mathieu van der Poel - die bijna nooit ernstig valt - zo goed", legt de bewegingswetenschapper uit. "Daarom heeft ook Wout van Aert een probleem: ook hij valt relatief vaak met zware gevolgen. Dat staat het beter worden enorm in de weg. Omdat je altijd een stapje terugzet in plaats van door te groeien."
"Het zou heel bijzonder zijn mochten we in 2025 een betere Evenepoel zien dan in 2024. Van dit soort valpartijen wordt geen enkele mens beter, dat vergt zoveel energie van je lichaam", besluit hij.