Tijdrijden is nooit de grootste troef geweest van Tom Pidcock, en ook in de tiende etappe van de Giro d’Italia 2025 kon de Brit geen potten breken tegen de specialisten. Toch blijft de kopman van Q36.5 Pro Cycling Team vasthouden aan zijn doel: een succesvolle Ronde van Italië rijden, ondanks een stroeve openingsweek.
“Het was een lange aanloop naar de klim. Ik begon behoorlijk stevig, ik voelde me goed, maar op dat eindeloze rechte stuk loopt het toch snel uit je benen,” vertelde Pidcock na afloop eerlijk aan Eurosport, bij de finish in Pisa. “En toen ik uit de tunnel kwam, begon het ook nog te regenen. Ik had geen idee hoeveel grip er nog was op het wegdek. Maar goed, het was een flinke klapper.”
Voorafgaand aan de tijdrit stond de ‘mini-Strade Bianche’ van etappe 9 te boek als een uitgelezen kans voor Pidcock, die een verleden heeft op het Toscaanse grind. Maar in plaats van mee te strijden voor de zege, kende de Brit een teleurstellende dag — het voorlopige dieptepunt van een moeizame eerste Giro-week.
“Om eerlijk te zijn, het was zwaar. Die eerste aankomst bergop lag me nog wel, maar daarna had ik een echte off-day, misschien wel mijn slechtste van het jaar,” blikte hij terug. “En in die Strade-etappe stond ik vier keer langs de kant. Dus nee, het loopt niet zoals gehoopt. Maar ik probeer gefocust te blijven. Als ik niet echt in de wedstrijd zit, verlies ik snel mijn interesse. Dus het is beter om er elke dag voor te gaan.”
Desondanks weigert Pidcock zich volledig te laten ontmoedigen. “Tuurlijk, het zou leuker zijn als het wat beter ging,” lacht hij. “Maar in die gravelrit voelde ik me eigenlijk hartstikke goed, dus ik had daar ook enorm teleurgesteld over kunnen zijn. Toch heb ik ervan genoten. En eerlijk: als we gaan klagen, worden dat soort etappes — die juist het leukst zijn — straks niet meer opgenomen in het parcours. En dat zou zonde zijn.”