Mathieu van der Poel vond valpartij van Tadej Pogacar jammer: ''Anders waren we waarschijnlijk samen het Vélodrome binnengekomen''

Mathieu van der Poel heeft opnieuw geschiedenis geschreven door zondag voor het derde jaar op rij solo de overwinning te pakken in Parijs-Roubaix. De Nederlander kreeg in de 2025-editie van ‘De Hel’ hevige tegenstand van debutant Tadej Pogacar, maar een cruciaal foutmoment van de Sloveen bleek uiteindelijk beslissend.

Met nog minder dan veertig kilometer te gaan ontbrandde de strijd volledig op de gevreesde vijfsterrensector Mons-en-Pévèle. Van der Poel gooide de knuppel in het hoenderhok met een brutale versnelling. Niet Pogacar, maar ploeggenoot Jasper Philipsen moest als eerste lossen, waardoor alleen de twee titanen overbleven voor een rechtstreeks duel om de overwinning.

Maar lang bleef het geen echte tweestrijd. Pogacar, die tot dan toe iedere aanval van Van der Poel had weten te beantwoorden, maakte een fout in een bocht en schoof onderuit. De wereldkampioen kon zijn weg vervolgen, maar Van der Poel had een kloof geslagen die hij tot op de meet niet meer zou afstaan.

Na afloop was Van der Poel zichtbaar geëmotioneerd. “Dit betekent veel voor me,” zei hij. “Ik heb echt afgezien vandaag. Het is jammer dat Tadej viel. Ik denk dat hij de bocht verkeerd inschatte. Als dat niet was gebeurd, waren we waarschijnlijk samen het Vélodrome binnengekomen.”

Zelf kreeg de Nederlander in de finale ook nog af te rekenen met een lekke band, én uitvallende communicatie met zijn ploeg. “Mijn oortje deed het niet meer, dus ik wist niet hoeveel voorsprong ik had. Het enige wat ik kon doen, was blijven rijden en hopen dat het genoeg was. Gelukkig liep het goed af.”

Over de cruciale fout van Pogacar was Van der Poel realistisch, maar ook sportief. “Het tempo lag ongelooflijk hoog. Hij schatte de bocht verkeerd in, maar dat is koers. Het hoort erbij. Tegen Tadej winnen is bijzonder. Hij is een van de besten in de sport. Als hij volgend jaar terugkomt, zal hij ongetwijfeld revanche willen nemen.”