Tim Merlier behaalde woensdag een belangrijke overwinning door de Scheldeprijs te winnen in een sprint tegen zijn Belgische rivaal Jasper Philipsen. Na deze zege heeft Merlier veel vertrouwen gekregen voor
Parijs-Roubaix dit weekend.
"Ik geloof dat er iets mogelijk is", schat de 31-jarige Belg, die dit seizoen al zeven overwinningen heeft behaald, zijn kansen op Parijs-Roubaix in na zijn succes in de Scheldeprijs, in een interview met In de Leiderstrui. "Dan spreek ik niet over winnen, maar ik denk wel dat er wat mogelijk is. Een ideaal scenario zou het Philipsen-scenario voor Milaan-Sanremo zijn: met vijftien man naar de streep en dan net rap genoeg zijn. Maar ik kan ook meekoersen en zo de ploeg in een zetel zetten."
Het leiden van een Monument voor
Soudal - Quick-Step is een grote prestatie voor Merlier, iets wat niet zo lang geleden nog onbereikbaar leek. "Als je mij dat vijf jaar geleden had gezegd, had ik het niet geloofd", geeft hij eerlijk toe. "Ik denk dat we genoeg talent hebben, maar bij sommige kopmannen is het moeilijk om het in het hoofd om te draaien als het niet loopt. Dat is als een sprinter die vroeg in het seizoen niet kan winnen. Dan duurt het meestal wat langer om op dreef te komen. Nu hebben we bewezen dat we niet weggefietst worden."
"Op de weersomstandigheden kun je je zot kijken. De ene keer is het regen, dan weer 24 graden en dan waait het weer. Ik heb al wat gekeken, met Bert Van Lerberghe", vervolgt Merlier. "Dat is mijn beste maat, al sinds mijn twaalfde. We hebben dikwijls een discussie, maar dat maakt het ook wel leuk."