"Hij heeft een fenomenale versnelling in de benen" - Ploegmaat van Mathieu van der Poel bekent dat hij niet verrast was door zijn beslissende aanval in Parijs-Roubaix

Parijs-Roubaix 2024 was een grote show van Alpecin-Deceuninck en in het bijzonder hun belangrijkste ster Mathieu van der Poel die de wedstrijd won met een adembenemende solo over 60 kilometer. Gianni Vermeersch was een van degenen die 'MVDP' in staat stelde om zijn motor te starten en later doorging met het neutraliseren van elke achtervolging achter het openen van een gat van drie minuten achter zijn kopman.

Vermeersch, die zelf zesde werd, reed voorop toen Van der Poel zijn beslissende aanval plaatste. "Ja, die aanval van Mathieu... Ik reed voorop, want ik had gezegd dat ik het tempo vanaf daar zo hoog mogelijk zou leggen. Ik wist dat die aanval zou komen, maar niet precies waar," vertelt hij WielerRevue. "Ik dacht dat het tempo vrij hoog lag, maar de snelheid waarmee Mathieu voorbij vloog... Dan weet je meteen: er is weinig kans dat iemand het gat dichtrijdt."

Vermeersch was ook niet echt verrast: "Ik was niet echt geschokt, nee. Ik heb hem op training ook zulke stoten zien uitdelen. Het is gewoon fenomenaal wat voor versnelling hij heeft. Die video ging viraal en ik zie hem nog steeds wel eens opduiken op Instagram."

Nadat Van der Poel aan zijn bijna zestig kilometer lange solo was begonnen, konden Vermeersch en Jasper Philipsen wat achterover leunen in de achtervolgende groepjes die zich daarachter vormden. "Nee, het is niet dat die jongens gefrustreerd waren. Mads Pedersen en Stefan Küng zijn slim en ervaren genoeg om te beseffen dat zij hetzelfde zouden doen als ze in die situatie hadden gezeten."

Philipsen eindigde tweede, Vermeersch zesde. "Parijs-Roubaix 2024 is zonder twijfel een van de hoogtepunten uit mijn carrière. In 2023 was ik al elfde. OK, maar elfde of tiende is nog altijd een groot verschil. Dit jaar werd ik zesde en dat maakte de euforie van de eerste twee plaatsen nog iets intenser voor mij. Een van de mooiste momenten is als ik Jasper en Mathieu in de armen val op de baan. Die foto hangt niet boven mijn bed, maar krijgt een mooi plekje ergens in huis."