Het parcours van het Europees kampioenschap doet sterk denken aan dat van het recente WK in Kigali: zwaar, selectief en geschreven voor de klimmers. De logische favorieten zijn opnieuw
Tadej Pogacar en
Remco Evenepoel, maar bondscoach
Serge Pauwels benadrukt dat de wedstrijd in Frankrijk een ander scenario zal opleveren dan de regenboogstrijd in Rwanda. Een langeafstandsaanval zoals Pogacar daar demonstreerde, lijkt volgens hem uitgesloten.
“De Faun-Ardèche Classic wordt op gelijkaardige wegen gereden en die klimfinale leverde de voorbije jaren winnaars op als Romain Grégoire en Juan Ayuso,” zegt Pauwels in Het Nieuwsblad. “Dat zijn ook jongens die zondag een rol zullen spelen, naast Pogacar en Remco natuurlijk, maar ook Jonas Vingegaard.”
Volgens Pauwels is het een van de lastigste omlopen die ooit op een internationaal kampioenschap zijn uitgetekend. “Het is een parcours dat bijzonder weinig ruimte laat om te improviseren. Het verschil zal in de finale gemaakt worden en ik zie niet meer dan tien renners die kans maken op de overwinning.”
De coach ziet dezelfde namen als de wielerwereld: Evenepoel, Pogacar en Vingegaard. “We zagen in de Tour hoe Pogacar en Vingegaard telkens toesloegen op dit soort beklimmingen. Dit profiel is hen op het lijf geschreven. Remco hoort daar uiteraard ook bij, zeker gezien zijn explosiviteit en vermogen om diep te gaan in zware klassiekers."
Geen kopie van Kigali
Pauwels waarschuwt dat de wedstrijd niet op dezelfde manier zal openbreken als in Kigali. “Het WK was extreem slopend door de omstandigheden en het steile slot, maar dit parcours is nóg zwaarder in termen van hoogtemeters. Over 200 kilometer krijgen de renners meer dan 3.000 hoogtemeters voorgeschoteld, grotendeels geconcentreerd in de laatste 150 kilometer. Dit is echt een beestenparcours.”
De sleutel ligt volgens hem in de combinatie van de Saint-Romain-de-Lerps (7 km) en de korte maar venijnige Val d’Enfer in de finale. “Na de lange klim volgt een tussenstuk richting Val d’Enfer. Wie daar te vroeg aangaat, kan zichzelf helemaal opblazen. Het gevaar zit niet enkel in de beklimmingen zelf, maar vooral in de overgangszones ertussen.”
Toch gelooft Pauwels dat Evenepoel zich perfect kan meten met de besten. “Met de Val d’Enfer zijn er genoeg mogelijkheden om laat in koers toe te slaan. Dit is een wedstrijd die heel veel weg heeft van Luik-Bastenaken-Luik, en dat is de klassieker die Remco het beste ligt. Hij is verre van kansloos.”