Ondanks de aanwezigheid van zware sprintkanonnen als Jonathan Milan en Søren Wærenskjold, kende de vijfde etappe van het
Critérium du Dauphiné een onverwachte afloop. Jake Stewart (Israel – Premier Tech) schreef de rit op zijn naam, maar niet ver achter hem eindigde een opvallende figuur:
Axel Laurance van INEOS Grenadiers sprintte naar een verrassende tweede plaats. De lichtgewicht Fransman kon zijn prestatie zelf nauwelijks geloven.
"Het is geen slecht massasprintresultaat voor iemand die 63 kilo weegt," grapte Laurance na afloop bij Eurosport. "Ik voelde me eigenlijk de hele dag al goed. Ik wist dat ik snelheid had, maar het was lastig kiezen tussen links of rechts in de finale. Op zulke hoge snelheid is het voor iemand met mijn gewicht altijd wat ingewikkelder zodra je in de wind komt."
Milan te leeg, Stewart perfect gelanceerd
Het was Lidl-Trek dat lange tijd de controle had over het peloton en hun sprinter Jonathan Milan in stelling bracht met een uitmuntende lead-out. Maar de zware etappe had duidelijk sporen nagelaten bij de Italiaan, die niet meer over de juiste benen beschikte om het af te maken. Jake Stewart profiteerde optimaal en lanceerde zijn sprint op het juiste moment, met Laurance in zijn wiel.
"De lead-out voor Milan was perfect, maar het leek een beetje op wat je soms bij Tim Merlier ziet," analyseerde Laurance. "Als je te lang moet wachten en de snelheid komt van achteren, dan kan iemand die goed timet – zoals Jake vandaag – het verschil maken."
Sprinten op souplesse en karakter
De 24-jarige Fransman stond precies op de juiste plek in het wiel van Stewart en wist zich knap naar de tweede plek te wringen, ondanks zijn beperkte sprintvermogen op papier. "Het draait dan om ritme, om je inspanning goed te timen. Soms moet je jezelf pijn doen om een betere positie af te dwingen. Dat is niet makkelijk, maar het loont."
Voor Laurance is dit resultaat extra welkom na zijn val in de Ronde van Noorwegen, ruim een maand geleden. De vorm lijkt tijdig terug met het oog op het Franse kampioenschap dat over twee weken op de kalender staat. “Dit geeft vertrouwen,” besloot hij met een glimlach.