Na een zware valpartij eind 2024, waardoor hij de seizoensstart moest missen, is
Remco Evenepoel weer in opmars. De Belgische kopman van Soudal Quick-Step hervindt langzaam maar zeker zijn ritme, met de
Tour de France van 2025 als duidelijk ijkpunt. Zijn benen zijn nog niet op hun top, maar de signalen zijn overwegend positief.
De comeback van Evenepoel kende meteen een klinkende start. In zijn eerste koers sinds maanden versloeg hij niemand minder dan Wout van Aert in de sprint om de zege in de Brabantse Pijl – een bewijs dat zijn explosiviteit nog steeds intact is. Kort daarna legde hij beslag op de derde plaats in de Amstel Gold Race, waarin hij eigenhandig een aanval van Tadej Pogacar neutraliseerde – iets wat slechts een handvol renners hem kan nadoen.
Zijn Ardennencampagne gaf een gemengd beeld. Een degelijke negende plaats in La Flèche Wallonne toonde aan dat de basisconditie aanwezig is, maar een anonieme 59e plek in Luik-Bastenaken-Luik toonde aan dat er nog werk aan de winkel is. In de Tour de Romandie was het verhaal vergelijkbaar: een vijfde plek in het eindklassement en winst in de afsluitende tijdrit gaven zowel ruimte voor optimisme als realisme.
Zelf erkent Evenepoel dat hij nog onderweg is naar zijn beste vorm. Met nog twee maanden tot de start van de Tour op 5 juli, werkt hij aan een zorgvuldig opgebouwd programma om in topconditie aan de start te verschijnen. Na afloop van de Romandie bevestigde hij tegenover Het Nieuwsblad zijn aanloop naar de zomer, inclusief een terugkeer op vertrouwd terrein:
“We hebben deze week officieel beslist dat ik beide Belgische kampioenschappen zal rijden: de tijdrit en de wegwedstrijd,” aldus Evenepoel.
De Belgische tijdrittitel wordt op 27 juni betwist in Brasschaat. Evenepoel heeft al een rijk palmares op dat onderdeel: brons in 2019, zilver in 2021, goud in 2022 en een vierde plaats in 2023 na een valpartij. Twee dagen later volgt de wegwedstrijd in Binche, waar hij zijn tweede nationale titel op de weg ambieert.
Voorafgaand aan die kampioenschappen rijdt hij van 8 tot 15 juni het Critérium du Dauphiné, traditioneel dé generale repetitie voor de Tour. Daarnaast staat ook minstens één hoogtestage op het programma. Na zijn indrukwekkende Tourdebuut in 2024 – met een ritzege, de witte trui en een derde plaats in het eindklassement – is de missie voor 2025 glashelder: dichter aansluiten bij het niveau van Pogacar en Vingegaard. Zijn vorm is in opbouw, maar zijn focus is messcherp.