Lorena Wiebes mikt hoog in 2024: "Als ik de olympische wegwedstrijd niet win, ligt het aan de Tour of het seizoen een succes is"

Het is logisch dat Lorena Wiebes niet laag mikt in 2024. Waarom zou ze ook? Met haar 24 jaar heeft ze nog een aantal van haar beste jaren voor de boeg, ondanks het feit dat ze nu al tot de beste rensters ter wereld behoort. Toch is er één doel dat de voormalig Europees kampioene dit jaar als een magneet aantrekt. Dat is de wegwedstrijd van de Olympische Spelen, in de straten van Parijs. En Wiebes droomt natuurlijk van niet minder dan goud.

"Ik wil een goed voorjaar hebben, zodat ik in de selectie voor de Spelen kan komen", begint ze op de persconferentie van haar team. "Ik denk dat het lokale circuit een beetje te vergelijken is met Glasgow. Elke keer op en neer, draaien en keren... Die laatste klim kan behoorlijk zwaar zijn.

Dus droomt Wiebes hardop van een mooie finishfoto met de Eiffeltoren op de achtergrond. "Als ik de Olympische wegwedstrijd niet win, hangt het van de Tour af of het seizoen een succes wordt. Voor mij is het vooral belangrijk om in de Tour met de gele trui aan de start te staan in Valkenburg. En een keer de Tour finishen zou mooi zijn. Groene trui? Ja, dat zou ook mooi zijn."

Hoewel Wiebes de afgelopen seizoenen is uitgegroeid tot een renster die veel meer kan dan hard sprinten, wil ze ook aan sprints blijven deelnemen. "Ik wil daar de balans in vinden, dat ik goed kan opschuiven, maar dat ik ook nog steeds goed kan sprinten. Ik heb me afgelopen winter niet heel erg gefocust op de sprints, maar ik merk aan mijn wattages dat het wel goed zit, misschien zelfs iets beter dan deze periode vorig jaar."