Giulio Ciccone had opnieuw grote plannen voor 2024, maar die vielen in duigen toen de 29-jarige een vervelende zitblessure opliep, waardoor hij tot eind april niet kon meedoen. Slechts een maand later is hij al sterk in het Critérium du Dauphiné met twee vierde plaatsen in sprints bergop. De Italiaan kan dus eindelijk weer aan grotere doelen denken. Daaronder
Tour de France volgende maand, waar hij in 2024 zou moeten aansluiten bij
Tao Geoghegan Hart, die ook terugkeert van een zware blessure.
Vlak voor de wedstrijd kon
In de Leiderstrui uitgebreid praten met sportdirecteur Steven De Jongh, die al een soort voorspellende gave leek te hebben rond Ciccone. "Met Giulio hebben we een comeback boy."
"Hij heeft natuurlijk nauwelijks gereden, behalve in Romandië en
Eschborn-Frankfurt. Daarna heeft hij ook een hoogtestage afgewerkt. Dat ging goed, dus hij kan zich nu volledig richten op de Dauphiné en de Tour. En zo moet hij weer de oude worden, hoewel ik vermoed dat het hem wel gaat lukken. Als hij de eerste dagen goed doorkomt, verwacht ik dat we mooie dingen van hem gaan zien!" klonk de 50-jarige Nederlander destijds erg enthousiast.
"Cicco zal in het begin van de wedstrijden vaak moeten uitvinden waar hij staat. Maar als hij eenmaal de mentale bevestiging heeft dat hij echt mee kan doen voor de overwinning, zal hij zeker proberen een etappe te winnen," vervolgt De Jongh vol lof. "Met Giulio kunnen we zeker meerdere kanten op. Vorig jaar won hij ook de bolletjestrui in de Tour. Dat was uniek, vooral omdat Jonas Vingegaard zo dominant was in het hooggebergte. Een beetje zoals je zag met Tadej Pogacar in de afgelopen Giro. Toen werden die punten voor het bergklassement in een mum van tijd binnengehaald, wat Giulio's prestatie nog indrukwekkender maakte."