"Het verschil met Jonas Vingegaard is vooral zijn vermogen om een hoge cadans lang vol te houden" - Johan Bruyneel en Spencer Martin debatteren over Pogacars dominantie

Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard hebben in het verleden epische gevechten geleverd, maar het lijkt erop dat de renner van UAE Team Emirates in 2024 een stap heeft gezet die geen van zijn rivalen kon evenaren. Na een onberispelijke Tour de France heeft de Sloveen zich boven alle concurrentie geplaatst en in 2025 zullen zijn rivalen zich verder moeten ontwikkelen als ze willen dromen van een Tour de France overwinning.

"Ik denk dat Jonas denkt dat hij Tadej kan verslaan. Hij heeft hem twee keer op rij verslagen, hij zal zich zeker kapot trainen", zei Johan Bruyneel over Vingegaard in 'The Move' podcast naast Spencer Martin. "Ik zei onlangs dat ik niet begreep waarom Jonas dit jaar niet meer reed. Maar misschien richt hij zich wel volledig op het veranderen van zijn training, meer krachttraining. Hij weet dat hij een tandje bij moet steken als hij met Tadej wil strijden voor de zege in Grote Rondes.

Dit jaar lag de focus volledig op de Tour de France en hoewel hij grote obstakels tegenkwam in de vorm van zijn blessures in de Ronde van Baskenland, kon de Deen toch zijn beste klimcijfers laten zien in de Tour de France, een etappe winnen en tweede worden in het algemeen klassement. Maar rekening houdend met het feit dat Pogacar uit de Giro d'Italia kwam, kan gezegd worden dat er qua voorbereiding niet veel voordeel was.

In de voorgaande vier Tours stond het duo eerste en tweede in het eindklassement. Volgend jaar kan dit opnieuw gebeuren, en beiden hebben twee overwinningen: "Ik denk dat Jonas ervan overtuigd is dat hij hem nog steeds kan verslaan. En waarom zou je dat niet denken? Het was een wonder dat hij aan de start stond van de Tour de France, hij kwam aan de start na die echt zware valpartij en met een minimale voorbereiding en tot op een gegeven moment was hij heel dichtbij, wist hem zelfs te verslaan. Hij was een van de enige renners dit jaar die Tadej Pogacar kon verslaan in een wedstrijd die Pogacar wilde winnen (hij verwijst naar etappe 11 in Le Lioran, red.). Hij moet denken 'ik moet gewoon harder werken, gezond blijven, niet vallen en ik kan hem nog steeds verslaan'. Ik weet zeker dat hij niet heeft opgegeven". 

De twee bespraken vervolgens wat Pogacar dit jaar de sprong heeft laten maken en wat hem onderscheidt van de rest. "Ik weet niet wat hem precies onderscheidt, zoals we al zeiden is hij al van jongs af aan een groot talent. Wat ik zie als het grootste verschil tussen Tadej en Jonas het vermogen van de Sloveen om een hoge cadans lang vol te houden," stelt Bruyneel.

"De cadans is ongelooflijk... Elke wedstrijd die hij heeft gewonnen zat hij tussen de 92 en 97RPM over de hele wedstrijd, ongeacht hoe lang het was. Jonas heeft een goede cadans, maar niet dezelfde cadans. Een hoge cadans werkt voor sommigen wel en voor anderen niet, het is niet iets dat ik aanwijs als de reden, maar als je een hoge cadans kunt hebben, bescherm je jezelf een beetje tegen opblazen... Je weet dat zelfs als je geen geweldige dag hebt, je toch een goede dag zult hebben."

Het exacte antwoord moet nog worden ontdekt. Bruyneel concludeert: "Remco had ook een geweldige cadans, min of meer hetzelfde als Tadej. Er is iets met de manier van trappen van Pogacar dat ik nog niet heb ontdekt, het ziet er geweldig uit, het is zo soepel dat het makkelijk lijkt, we hebben het gehad over kortere versnellingen, niets weerhoudt Jonas of Remco of Primoz ervan om het ook te proberen..."