Damiano Caruso verwacht grootse dingen van ploegmaat in Giro d'Italia: "Ik heb hem een standbeeld beloofd als hij wint"

Na de Sloveense dominantie in de Giro d’Italia van vorig jaar lijkt de editie van 2025 een volledig ander verhaal te worden. Het deelnemersveld oogt breder en de strijd om de roze trui belooft spannender dan ooit te worden. Damiano Caruso, runner-up in 2021, is alvast overtuigd dat Bahrain Victorious de juiste troef in handen heeft: Antonio Tiberi.

"Ik voel me prima," zegt Caruso met een glimlach in gesprek met Bici.Pro, tijdens de Tour of the Alps — de traditionele laatste test voor de benen richting de Giro. "Over het algemeen zijn de gevoelens goed. Deze rittenkoers heeft mijn verwachtingen bevestigd."

Caruso reisde naar de Alpen na een intens hoogtestage en zocht naar bevestiging van zijn vorm. "Ik wist dat ik goed uit het hooggebergte kwam, maar je moet dat altijd nog even testen in koers. Ik denk dat die antwoorden er zijn. Ik ben nog niet op mijn top, maar dat hoeft ook niet: mijn doel is de Giro. Tot nu toe verloopt alles volgens plan."

Minder vlekkeloos verliep het voor Tiberi, die na de eerste etappe moest opgeven door maagproblemen. Caruso relativeert: "Dat is spijtig, maar zulke dingen kunnen gebeuren. We zijn allemaal mensen. Misschien heeft Antonio nog een paar dagen nodig om te herstellen, maar in grote lijnen liggen we op schema."

Met Antonio Tiberi als speerpunt trekt Bahrain Victorious vol vertrouwen naar de Giro d’Italia. De jonge Italiaan eindigde vorig jaar al in de top vijf en zonder de aanwezigheid van Tadej Pogacar lijkt een podiumplaats dit jaar een realistische ambitie.

"De mentaliteit binnen de ploeg is duidelijk: we gaan voor het hoogst haalbare," aldus Caruso. "Het is geen geheim dat we met Tiberi voor het podium mikken. Mijn rol wordt om hem bergop te ondersteunen. Uiteraard droom ik zelf ook nog van een persoonlijke beloning. Een ritzege zou fantastisch zijn. Maar het allerbelangrijkste is dat ik een Giro kan rijden waarin ik plezier maak en elke dag alles geef."

Caruso prijst de instelling van zijn jonge ploegmaat. "Ik heb het geluk gehad om met grote kampioenen samen te werken. De juiste mindset is om te starten met het idee dat winnen mogelijk is. Antonio heeft die instelling. Hij moet zichzelf nog bewijzen, maar zijn houding is uitstekend. Zelf ben ik altijd iets bescheidener geweest — niet dat hij arrogant is, integendeel. Maar zijn ambities zijn duidelijk, en het podium ligt echt binnen bereik."

Met een knipoog besluit Caruso: "Ik heb hem ooit gezegd: ik heb nog nooit een Grote Ronde gewonnen als helper. Als hij me dat cadeau kan geven, beloof ik dat ik een standbeeld voor hem opricht."